Vogel van de maand maart: Boomleeuwerik
De vogel van de maand maart 2019 is de boomleeuwerik. Meestal zijn de boomleeuweriken te horen vanaf tweede helft februari. Met zonnig weer is hun eerste kenmerkende roep wel weer te horen. De maand maart is echt de maand van de boomleeuwerik.
Op Texel broeden boomleeuweriken op verschillende plekken in het Nationaal Park Duinen van Texel. Buiten de duinen worden ze eigenlijk alleen maar als doortrekker waargenomen. Meestal in het vroege voorjaar of in de nazomer of najaar. De Boomleeuwerik overwintert soms in Nederland en een enkele keer ook wel op Texel. Meestal trekken ze weg. Niet ver. Ze trekken naar Zuid Europa zoals zuid Frankrijk of Spanje. Ze kunnen gedurende de winter echte wintergroepjes vormen met gorzen en veldleeuweriken.
De boomleeuwerik is zonder zijn zang weinig opvallend. Voor de betere waarnemer heeft de boomleeuwerik wel een kenmerkend voorkomen. In vlucht lijkt de boomleeuwerik vooral op een veldleeuwerik zonder staart (of hele korte staart). Maar de meeste mensen ontdekken een boomleeuwerik aan de zang. Al opstijgend laat de boomleeuwerik een kenmerkende zang horen (kijk en luister maar naar het onderstaande filmpje). In een mooie golvende vlucht kan de boomleeuwerik dan zingend grote hoogte bereiken, waardoor hij soms erg moeilijk te vinden is.
met de korte kuif, opvallende lichte wenkbrauwstreep en roestrode wang lijkt de boomleeuwerik best een beetje op de veldleeuwerik. Maar de opvallend korte staart geeft een duidelijk verschil. Aan basis van de handvleugel heeft de boomleeuwerik een opvallend, uniek zwart-wit vlekje. Er is geen verschil tussen mannetje en vrouwtje.
De boomleeuwerik broedt van maart tot en met juli, soms tot in augustus op schrale zand- en heidegronden. Het nest wordt op de grond gebouwd, waarin 2 legsels van 3-5 eieren worden gelegd. Nadat het vrouwtje 12-15 dagen op de eieren heeft gebroed komen ze uit, en verlaten de jongen al na 10-12 dagen het nest. Zo’n 5 dagen later kunnen ze pas vliegen. De jongen van het eerste legsel blijven vaak in de buurt bij het tweede legsel, waardoor in het najaar vaak redelijke groepjes van ongeveer tien vogels kunnen ontstaan. Op Texel vinden we de boomleeuwerik vooral aan de westrand van de Dennen op de grens van bos en duin. Ook elders in de duinen kunnen ze voorkomen, zo zitten ze al jaren ten zuiden van de Koog.